Zelfstandige of loontrekkende architecten?
Na hun studies moeten architecten twee jaar stage lopen in een bureau voor ze de titel van architect mogen voeren. Daarbij moeten ze het statuut van zelfstandige aannemen. Zodra die stage is afgerond, blijven de meeste jonge architecten werken als zelfstandige, terwijl ze gewoonlijk maar één ‘klant’ hebben, namelijk het architectenbureau waarvoor ze voltijds werken. Dat levert een laag loon en een gebrek aan sociale bescherming op, waardoor heel wat jongeren uit het beroep stappen.
Vroeger, zo merkt Vooruit op, werkte de stage echt als een springplank voor jonge architecten, die vervolgens hun eigen bureau openden. Dat gebeurt vandaag door de complexe regelgeving en opdrachten en het ingewikkelde bedrijfsbeheer echter nauwelijks nog.
De partij wil dan ook het vermoeden van schijnzelfstandigheid invoeren op basis van vier generieke criteria: de wil van de partijen zoals in hun overeenkomst wordt beschreven; de vrijheid om het werk te organiseren; de vrijheid om de werktijd te organiseren; en de mogelijkheid om een hiërarchische controle uit te oefenen. Wanneer meer dan de helft van de criteria niet zijn vervuld, wordt de arbeidsrelatie vermoed een zelfstandigenovereenkomst te zijn.
Lees meer